De grote
Ommezwaai
Hiermee nauw samenhangend, en voor vrouwen
even onbegrijpelijk is wat Joyce Brothers in haar boek MANNEN ZIJN ANDERS de ”grote ommezwaai” noemt.
Zoals we zagen zijn mannen elkaars concurrenten
en zullen ze, wanneer ze in de beroepensfeer met elkaar omgaan, steeds de gedachte in het achterhoofd houden dat de ander
misschien ooit nog eens samen met hen in de running zou kunnen zijn voor een promotie. Mannen komen dan ook zeer slecht overeen
met hun naaste concurrenten.
Anderzijds zullen ze er echter ook nooit
een negatieve houding tegenover aannemen want ze weten zeer goed dat de kans bestaat dat ze vroeg of laat misschien nog eens
zullen moeten samenwerken.
We zien dan ook dat als op een bepaald
moment samenwerking tussen beide mannen nodig is, die concurrentiele sfeer dadelijk wegvalt en wordt vervangen door een
relatie die volledig gebaseerd is op coöperatie. Mannen kunnen zonder problemen vandaag als kat en hond tegenover elkaar staan,
en morgen blijk geven van de meest intense samenwerking. Twee voetballers van een verschillende ploeg kunnen elkaar op zondag
in een wedstrijd bevechten, en de maandag in een internationale wedstrijd naast elkaar optreden om de overwinning te behalen.
Ook dit is weer een gevolg van hun training
in sociale vaardigheden. En ook hier weer zien we dat ze leerden dat het feit dat ze elkaar vandaag bestrijden niet uitsluit
dat ze morgen nog moeten kunnen samenwerken. Gevolg is dat mannen in geval van ruzie dan misschien wel zwaar discussiëren
met elkaar, en soms zelfs op de vuist gaan, maar eens de zaak uitgesproken is is ze ook afgehandeld.
Bij vrouwen ligt de situatie helemaal anders.
In familiekring zullen ze soms zware toegevingen doen om de vrede te herstellen (de één-éénrelatie is haar immers zeer veel
waard), maar met andere mensen is een ruzie vaak een eeuwigdurend verschijnsel. Vrouwenruzies kennen geen einde en blijven
jarenlang hun gevolgen behouden.
Als een ruzie tussen gezinnen niet bijgelegd
raakt is het dan ook bijna steeds omdat de respectievelijke vrouwen het niet willen ofwel omdat het onderwerp van de ruzie
maar niet uit de weg geruimd raakt. Dit laatste is bvb. vaak het geval bij burenruzies.
Wat niet betekent dat mannen ook niet wrokkig
kunnen zijn. Een man vergeeft het een ander bvb. nooit dat hij hem in zijn eer gekrenkt heeft. Dan gebeurt ook bij hem het
bijleggen slechts zeer moeizaam (maar het blijft mogelijk). In de mediterrane landen komen hieruit zelfs bloedige vetes voort
die generaties kunnen aanslepen.
Maar over het algemeen kunnen we zeggen
dat mannen veel minder wrokkig zijn, een verschijnsel dat tenandere ook vrouwen van pas komt. Hoe, dat zullen we nog zien
als we de vrouw in het bedrijfsleven bespreken (EEN VROUWENWERELD APART).
Rituele agressie
Als twee mannen goed overeen komen, dan
zal dit zich bijna steeds uiten in een of andere vorm van vriendschappelijke agressie. Ze duwen elkaar eens, maken al lachend
ruzie of, wat het vaakst voorkomt, maken elkaar verwijten en kleineren elkaar.
Deze agressie zit er bij mannen zo diep
in dat ze het zelfs als de meest gebuikte en gemakkelijkste manier aanzien om contact te leggen met een medemens. Onder mannen
werkt dit systeem perfect, maar vrouwen verkiezen toch meestal een andere contactname.
Mannen gebruiken dezelfde techniek eveneens
om elkaar een opmerking te maken, maar dan zo dat deze tegelijkertijd genuanceerd en minder kwetsend gemaakt wordt. Het lijkt
alsof degene die het verwijt maakt de ander wil zeggen ”je hebt iets verkeerds gedaan, maar desondanks ben ik toch niet
kwaad op u. Zorg echter wel dat het niet opnieuw gebeurt”.
Ook deze rituele agressie is iets waar
vrouwen vaak problemen mee hebben. Een man zal hetzelfde procédé immers ook bij een vrouw gebruiken. Hij zal geneigd zijn
ook haar (plagend) allerlei opmerkingen te maken. Vrouwen nemen deze echter bijna steeds ernstig op en ze voelen zich dan
ook vaak op de tenen getrapt. Ze worden boos of voelen zich gekwetst en ze sluiten zich af. De relatie tussen beiden gaat
er dan ook veelal op achteruit. Vrouwen begrijpen meestal niet dat dit de mannelijke manier is om te zeggen ”je valt
in mijn smaak, met jou wil ik nader contact”, en slechts zeer weinig vrouwen komen op de idee de man een koekje van
eigen deeg te bakken en het spel mee te spelen.
En zelfs als ze dit dan al eens proberen
slagen ze er zelden of nooit in de juiste toon te treffen. In dit spel spelen vrouwen namelijk om te winnen (wat bewijst dat
ze even eerzuchtig en competitief zijn als mannen). Mannen daarentegen spelen voor het plezier van het spel. Daarenboven hebben
vrouwen nooit ervaring opgedaan met deze vorm van communicatie, zodat ze, eerder dan er een speelse ondertoon in te leggen,
er vaak gebruik van maken de man een verwijt te maken over iets wat hen reeds lang op de lever ligt, en waarvoor ze nu de
kans schoon zien om ermee voor de dag te komen.
Vooral wanneer ze verliezen kunnen vrouwen
zeer venijnig uit de hoek komen. Op het eerste gezicht maken ze dit verwijt op een plagende toon, maar in feite voelt de man
er duidelijk de onderhuidse beschuldiging in. Hij voelt dat ze het meent en hij zal zich dan ook verongelijkt voelen. Vrouwen
verstaan in zo'n geval de irritatie van de man niet, want tenslotte deden ze toch niet meer dan hij. Voor hem echter is deze
manier van reageren totaal misplaatst omdat het buiten het kader valt van speels heen en weer kaatsen van plagerijen.
Wat vrouwen ook vaak doen, en wat mannen
eveneens de gordijnen injaagt, is dat ze, nadat hij een ”plagerij” gelanceerd heeft, hierop ingaan, en dan plots
het spel afbreken of weigeren hun beurt waar te nemen. De man blijft dan achter met een gevoel van “ze kon niet winnen
en stopt nu uit lafheid” (wat vaak waar is) of “dat is niet fair, ze geeft me zelfs niet eens de kans te reageren”.
Een andere mogelijkheid die regelmatig
voorkomt bij zelfbewuste vrouwen is dat in haar antwoord een ondertoon ligt van ”nu heb ik je liggen”, ”ik
ben de sterkste”, ”ik heb hier het laatste woord” of ”dat had je van een vrouw niet verwacht”.
Ook dit is weer niet op zijn plaats. De man verwacht immers eerder iets in de zin van ”en nu jij weer”. Vrouwen
brengen dit spel dus dadelijk op het niveau van een echte machtsstrijd, iets wat mannen niet kunnen aanvaarden. Het is daarvoor
immers niet het moment.
Daarom kunnen wij vrouwen die geconfronteerd
worden met een dergelijke ”agressie” (in de meeste gevallen gebeurt dit als kennismaking) enkel aanraden zich
op hun eigen terrein te houden. Wanneer ze de man vriendelijk (en indien nodig kordaat) opvangen verplichten ze hem ertoe
zich te gedragen op een manier waar zij sterker en hij zwakker in staat: de vrouwelijke, meer collegiale omgangsvormen. Maar
anderzijds moeten vrouwen leren het leven meer als een spel op te vatten, en niet alles te serieus op te vatten.
De vrienden
Net als toen hij kind of adolescent was
zoekt ook de volwassen man zijn sociale contacten niet binnen zijn vier muren, maar wel erbuiten, op café, in de voetbal-
of tennisclub enz. Voor hem is het uitnodigen van vrienden thuis niet zo essentieel en gebruikelijk. Hij zal hier enkel toe
overgaan als hij met iemand persoonlijk een volgende samenkomst moet voorbereiden. Het is dan ook geen sociaal gebeuren waar
hij vrouw en kind bij betrekt.
Wanneer men een man ervan weerhoudt buitenshuis
te gaan dan snijdt men dan ook al zijn sociale contacten af, en belet men hem derhalve zich te ontplooien. Dit is een fout
die veel pasgehuwde vrouwen maken. Voor hen (daar komen we later nog op terug) is binnenshuis hun belangrijkste sociaal centrum,
en ze verwachten van hun man hetzelfde. Ze verwachten dat ook voor hem thuis knus zitten praten het toppunt van sociaal plezier
is, en ze stellen daarom de eis, dat hij minder of niet zou weggaan.
Dit laatste is voor iedere man een onaanvaardbare
eis, waar hij in de periode van blinde liefde misschien wel zal aan willen voldoen, maar waar hij later zeker zal op terugkomen.
Geen enkele vrouw zal er dan ook in slagen haar man voortdurend thuis te houden, tenzij ze hem volledig vleugellam maakt.
Gezinsvieringen
We zagen ook dat jongens er vooral op toegespitst
zijn iets te doen, actief te zijn. En ook voor een volwassen man is samen iets doen nog steeds de lijm van het gezin. Vrouwen
vinden samen iets doen dan weer niet zo doorslaggevend. Voor hen is het belangrijk dat de familie met elkaar praat. Voor de
vrouw is praten de lijm van het gezin. De man van zijn kant vindt dat praten enkel noodzakelijk is als er problemen op te
lossen zijn, en teveel praten kan hem zelfs vervreemden van zijn vrouw. Daar komen we tenandere nog op terug in het hoofdstuk
VROUWENPRAAT EN MANNENOVERLEG.
Een vrouw die haar relatie in stand wil
houden moet dan ook leren iets te doen samen met haar man en kinderen (naar een pretpark gaan, gaan wandelen met het gezin...).
Zo stelt ze hem gerust dat haar gepraat niet betekent dat het in het gezin verkeerd aan het lopen is. Wanneer echter het omgekeerde
gebeurt (veel activiteiten, weinig praten), dan zal het vaak de vrouw zijn die afhaakt omdat ze op haar honger blijft zitten.
Onafhankelijkheid
Totnogtoe hebben we het steeds gehad over
het saamhorigheidsgevoel en de groepsdrang van de jongen en de man. Anderzijds zagen we ook dat elke jongen binnen zijn groep
erop uit is zich hiervan te distantiëren door te tonen in hoeverre hij afwijkt van de anderen. Hij wil tonen waar hij staat
ten opzichte van de rest van de groep. Hij wil bvb. bewijzen dat hij beter is dan zij, dat hij gemakkelijker een meisje kan
verschalken, dat hij zelfs alléén stoer genoeg is om een gevaar de baas te kunnen, kortom, hij wil bewijzen dat hij een individu
is.
Jongens (en later dus ook mannen) willen
voortdurend ergens hun onafhankelijkheid aantonen. Hoewel ze geleerd hebben hun mening aan de kant te zetten ten voordele
van de groep, zullen ze anderzijds toch steeds willen erkend worden als een afzonderlijke persoon binnen die groep, met een
eigen karakter en vooral: met eigen wensen.
Het is deze strijd tussen enerzijds individualisme
en anderzijds groepscohesie die het leven van een man regeert. Steeds zal hij heen en weer slingeren tussen zijn onafhankelijkheidsdrang
en zijn groepsgeest. Binnen één persoon komt nu eens het ene aspect op de voorgrond, dan weer de andere. Ook tussen mannen
onderling is er natuurlijk een verschil. De ene man is zeer sociaal, de andere sterk individualistisch. De ene man legt de
nadruk op zijn onafhankelijkheid en individualiteit, de andere voelt zich beter thuis in een groep.
Ruzies zijn
toch normaal!
We zagen reeds dat jongens geen geschil
uit de weg gaan. Ze zullen kritiek op een ander dan ook nooit voor zich houden, integendeel. Zo gauw ze de kans krijgen hun
mening over iets of iemand te uiten zullen ze dit doen, en ze doen het ook steeds in het bijzijn van de betrokkene. Jongens
uiten zelden of nooit klachten achter de rug van iemand, maar ze doen het steeds in diens gezicht, en in niet mis te verstane
woorden.
Ze kunnen dit zonder veel problemen doen
omdat de groep efficiënte manieren kent om met meningsverschillen om te gaan. Mannen hebben dan ook geen enkele reden om niet
voor hun mening uit te komen, temeer daar hun onafhankelijkheidszin hen aanzet dit te doen.
Zoals we reeds zagen is er anderzijds in
de groep wel een efficiënte manier om conformiteit af te dwingen, en dat zal ze dan weer aanzetten te zwijgen. Hoe groter
de groep, hoe groter de conformiteit. Enkel de meest moedigen zullen het dan ook wagen voor een groot publiek dwars te gaan
liggen. Maar in een groepje van twee of drie kan je ervan op aan dat de kans klein is dat mannen hun mond zullen houden.
Gezien het vooral in kleine groepjes is
dat ieder zijn mening zegt komen in zo’n groepjes ook de meeste ruzies voor. Jongens leren dan ook dat ruzies in de
menselijke omgang een normaal verschijnsel zijn.
Dit ook is een oorzaak van het feit dat
mannen niet wrokkig zijn en snel de spons vegen over een meningsverschil. Als ze namelijk niet meer spraken met iedereen waar
ze ooit ruzie mee hadden, dan stonden ze allemaal moederziel alleen op de wereld.
Mannen aanzien een ruzie dan ook als iets
normaals. Ze zijn van jongs af met machtsstrijd en confrontaties opgegroeid en voor hen is het een middel als een ander om
meningen te uiten en overeenkomsten te bereiken.
Zij zien een ruzie dan ook niet als een
breuk. Voor een man is een ruzie met iemand integendeel een bewijs dat hij deze persoon belangrijk acht. Hij zal immers geen
conflict willen met iemand die hem niet interesseert. Zo’n persoon negeert hij immers gewoon. Hij zal zich ook niet
de moeite getroosten energie te steken om van iemand iets gedaan te krijgen, als deze persoon hem toch niets kan opleveren.
Hoe raar het misschien ook lijkt, hoe meer kritiek en hoe meer ruzies, hoe meer een man zich bij een persoon betrokken voelt.
Nu moet het wel gezegd worden dat iemand
belangrijk vinden niet steeds positief hoeft te zijn. Zo zijn er mannen die met bijna iedereen op de vuist gaan. Ook zij vinden
de ander zeer belangrijk, maar dan wel omdat ze hem als een bedreiging aanzien en niet omdat ze hem sympathiek of interessant
vinden. Je kan ook van iemand die je verafschuwt immers moeilijk zeggen dat hij je koud laat.
Weer eens komen we hier op een terrein
waarmee vrouwen problemen hebben. Zij houden immers niet van ruzie en komen daarom zelden of nooit voor hun mening uit. Ze
vinden het onaangenaam en voor hen breekt het het saamhorigheidsgevoel. Ze kunnen dan ook niet verstaan dat een man die ruzie
maakt met zijn vrouw of kritiek op haar uitoefent dit doet omdat hij haar belangrijk genoeg acht om er tijd in te steken haar
zijn mening duidelijk te maken.
Meningsverschillen
Voor een man daarentegen is een afwijkende
mening een verrijking van de conversatie, en hij zal de discussie die eruit voortvloeit vaak als zeer leerzaam aanzien. Mannen
verkiezen dan ook meningsverschillen boven goedkeuring en ze vinden het zeer belangrijk dat ze in alle omstandigheden het
recht en de kans hebben hun mening naar voor te brengen. Mannen laten dan ook geen kans voorbij gaan om met iemand anders
in discussie te treden. Enerzijds omwille van de ”ingeboren” machtsstrijd, anderzijds met de bedoeling iets bij
te leren.
Maar hun discussie houdt zich altijd aan
de feiten, en ze zal nooit ontaarden (zoals bij vrouwen wel vaak het geval is) in een persoonlijk meningsverschil. Bij vrouwen
is het echter courant dat een discussie die op feitenniveau begon al snel op persoonlijk vlak komt te liggen en op dit (meer
emotioneel geladen terrein) voortgezet wordt, soms met ruzie tot gevolg. Waar mannen in een gesprek feiten uitwisselen, wisselen
vrouwen immers gevoelens uit. Vrouwen zijn dan ook geneigd de persoonlijke toer op te gaan in hun gesprekken en ze hebben
er dan ook moeite mee hun onderlinge gesprekken zuiver technisch te houden.
Daarnaast is het ook een feit dat mannen
elkaar steunen door met elkaar ter discussiëren, iets wat vrouwen nooit zullen doen. Wanneer een man iets plant dan is het
in mannenogen onvergeeflijk hem niet te wijzen op die facetten van de zaak waar hij zelf niet aan gedacht heeft. Hierbij hebben
mannen bijna uitsluitend oog voor de praktische kanten van de zaak en laten ze meestal de binnenzijde (ga je er geen spijt
van hebben? ...) of de privé-zijde (weerslag op het gezin...) achterwege.
Wanneer een man daarentegen op de hoogte
is van iets dat een ander man aanbelangt (vb diens echtelijke problemen) dan zal hij daar zelf geen vragen over
stellen, noch er opmerkingen over maken zolang de ander er niet zelf over begint. Discretie is immers ook een belangrijk aspect
van mannengesprekken. Het voelt als "als hij er niet over begint betekent het dat ik er geen zaken mee heb" en "dus respecteer
ik zijn privacy".
Vrouwen van hun kant zullen vaak wel zelf
het initiatief nemen om er vragen over te stellen. Meer zelfs, ze aanvaarden niet dat ze erbuitengehouden worden. Vrouwen zullen
zich ook voornamelijk op de privé-zijde richten in hun gesprekken. Discussies en professionele waarschuwingen zijn bij
hen uiterst zeldzaam. Ze zullen vragen stellen over bepaalde facetten (”hoe gaan de kinderen opgevangen worden?”),
maar ze zullen, als de oplossing hen niet ideaal lijkt, hierover geen discussie aangaan. Vaak houden ze die mening zelfs volledig
voor zich. En als ze toch beslissen een tegenargument aan te dragen dan zullen ze het meestal doen onder vorm van een vraag
(”vrees je niet dat het te vermoeiend zal worden?”). Op dit verschil in stijl en de gevolgen ervan komen we nog
terug in het hoofdstuk HIËRARCHIE EN VERBONDENHEID.
Experts
Tengevolge van het verschil in visie op
meningsverschillen zullen vrouwen en mannen tenandere ook bijna steeds een andere houding aannemen tegenover experts. Vrouwen
zullen de autoriteit van de spreker erkennen en diens mening vragen over alles en nog wat, soms zelfs zaken die niets met
het actuele onderwerp uitstaans hebben.
Mannen daarentegen zullen, tenminste als
de spreker een man is, deze dadelijk uitdagen en hem op de proef stellen met wat zij zelf over het onderwerp weten. Ze zullen
hem vragen stellen, ermee in discussie treden, hem bij manier van spreken zelfs ”examineren” om te tonen dat ze
ook kunnen meepraten.
Vaak zullen ze eveneens niet nalaten hun
(beperkte) kennis tentoon te spreiden door zelf ook iets over dit onderwerp te vertellen (”zie je wel, ik weet er ook
iets van”). Vaak is dat "iets" niets anders dan wat ze de dag ervoor hebben opgezocht om toch niet helemaal het gezicht
te verliezen en "mee te kunnen". Vooral bij spreekbeurten is dit stijlverschil erg opvallend.
Mannen willen dus steeds hun plaats tegenover
de spreker aftasten. Hoe meer discussie, hoe meer ze bijleren en hoe meer ze diens kennis aanvaarden. Ze zullen dan ook, naargelang
de discussie vordert, meer respect beginnen opbrengen voor deze persoon. Het dient hier wel gezegd dat gezien mannen tegenover
vrouwen deze ” hiërarchische drang” niet voelen vrouwelijke sprekers hier veel minder last van hebben.
Daar komt ook nog bij dat, hoewel het wel
niet hun bedoeling is dit uit te lokken, mannen voortdurend alert zijn om te zien of de spreker geen fout maakt. Onnodig te
zeggen dat, als dit gebeurt, hij dadelijk van zijn voetstuk dondert en er zich kan aan verwachten dat andere zaken die hij
zei eveneens in twijfel worden getrokken. Gezien zijn bekwaamheid nu niet meer vaststaat zal ook al wat hij daarna nog zegt
een diepgaande discussie uitlokken.